KONINIKLIJKE NEDERLANDSE VOETBALBOND

STANDAARDVOORWAARDEN

 

dd. 31 Mei 2001

 

 

Inleiding

 

Een ieder die betrokken is bij de voetbalsport in Nederland, en niet in de laatste plaats de toeschouwer, heeft er belang bij dat voetbalevenementen op een ordelijke wijze kunnen verlopen.  Onregelmatigheden, zelfs van relatief geringe omvang, kunnen aanleiding geven tot ernstige repercussies jegens spelers, clubs en de overige bij het betaald voetbal betrokken organisaties.  Krachtens terzake geldende nationale en internationale bestuurlijke regelingen kunnen, onder meer, zware geldboetes worden opgelegd, en kan uitsluiting van een team van verdere deelname aan een bepaalde competitie volgen, zelfs indien de spelende clubs terzake geen enkel verwijt treft.  Deze en dergelijke maatregelen kunnen bijzonder schadelijk zijn voor het Nederlandse voetbal.  De KNVB wenst onordelijk en onveilig gedrag bij voetbalevenementen te beteugelen en beoogt daarmee de belangen te dienen van een ieder die de voetbalsport een goed hart toedraagt.  Voorts wenst de KNVB enige huishoudelijke regels van andere aard te stellen.

 

Artikel 1

 

De onderhavige standaardvoorwaarden zijn verbindend voor een ieder die in of buiten Nederland een wedstrijd bijwoont waaraan een Nederlandse club of een vertegenwoordigend Nederlands elftal deelneemt, dan wel anderszins aanwezig is in of rond het stadion of in of rond bijbehorende gebouwen en terreinen, daaronder begrepen de toegangen en toegangswegen (hierna in totaliteit wel aangeduid als "het Stadion"), voor, tijdens of na een wedstrijd, al welke personen hierna gezamenlijk zullen worden aangeduid als "het Publiek".

 

 

            Commentaar:

 

            Ons inziens moet de formulering als volgt zijn:

“De onderhavige standaardvoorwaarden zijn verbindend voor een ieder die in of buiten Nederland een wedstrijd bijwoont waaraan een Nederlandse club of een vertegenwoordigend Nederlands elftal deelneemt, voor de duur van zijn/haar aanwezigheid in het stadion waarin de betreffende wedstrijd gespeeld wordt, of op het terrein van dit stadion, inclusief bijbehorende gebouwen en terreinen (hierna in totaliteit wel aangeduid als "het Stadion"), al welke personen hierna gezamenlijk zullen worden aangeduid als "het Publiek".”

 

Met deze formulering wordt willekeur uitgesloten en is het ook niet mogelijk de Standaardvoorwaarden van toepassing te verklaren op personen die zich buiten het stadion misdragen.

Dat de KNVB gekozen heeft voor de juridisch aanvechtbare formulering is mede ingegeven door de behoefte om ook voetbalsupporters die zich buiten het stadion misdragen te kunnen straffen, zonder dat daar een rechter aan te pas moet komen. Artikel 10.2 geeft hiertoe echter voldoende mogelijkheden, hoewel ook bij dit artikel kanttekeningen gemaakt moeten worden.

 

 

Artikel 2

 

2.1   Ieder lid van het Publiek dient, wanneer hij het Stadion betreedt dan wel in het Stadion aanwezig is, te   beschikken over een geldig toegangsbewijs, voorzien van de vereiste controlestroken, dan wel van een deugdelijk ander schriftelijk bewijsstuk waaruit van zijn bevoegdheid blijkt om ter plaatse te vertoeven, hierna tezamen wel aangeduid als: "Toegangsbewijs".

 

2.2     Al die personen die met de kaartcontrole en/of het handhaven van de orde belast zijn, waaronder de Politie en de Stewards, hebben te allen tijde de bevoegdheid te verlangen dat het Publiek aantoont over een geldig Toegangsbewijs te beschikken dat het recht geeft zich daar te bevinden waar men ten tijde van controle wordt aangetroffen of mogelijk doende is zich heen te begeven.

 

2.3     Het is verboden zich op te houden in, of te begeven naar, een ander gedeelte van het Stadion dan dat waartoe het Toegangsbewijs de houder van het Toegangsbewijs uitdrukkelijk het recht geeft.  Het is het Publiek ten strengste verboden zich te eniger tijd binnen de afrastering, en met name op het veld, te bevinden.

 

2.4     Het Publiek mag slechts daar plaats nemen waartoe het Toegangsbewijs uitdrukkelijk het recht geeft.  De eventuele nummering van de zitplaatsen dient daarbij gerespecteerd te worden.

 

2.5     Toegangen, trappen, gangpaden, bordessen en dergelijke, zijn mede voorzien om in geval van gevaar een gemakkelijke toegang, dan wel uitweg te bieden. Het is het Publiek dan ook verboden zich bij of op dergelijke plaatsen langer op te houden dan strikt noodzakelijk is voor het betreden, dan wel verlaten van het Stadion.

 

2.6     Bij het verlaten van dat gedeelte van het Stadion waartoe het Toegangsbewijs het recht geeft, vervalt de geldigheid van het Toegangsbewijs onherroepelijk en zijn de personen die met de kaartcontrole en/of het handhaven van de orde belast zijn, waaronder de Politie en de Stewards. gerechtigd het Publiek de verdere toegang te weigeren en het buiten het Stadion te geleiden.

 

2.7     Aanwijzingen van de personen belast met de controle van de Toegangsbewijzen dan wel het handhaven van de orde, waaronder de Politie en de Stewards, dienen door het Publiek onverwijld opgevolgd te worden.

 

 

Artikel 3

 

3.1     Wedstrijden worden zoveel mogelijk gespeeld op de op het Toegangsbewijs vermelde dag(en) en tijdstip(pen).  Het recht op het aanbrengen van wijzingen, dan wel het herstellen van fouten terzake wordt door de organisatoren echter te allen tijde voorbehouden.

 

3.2     De afgelasting, het staken of niet uitspelen van een wedstrijd geeft het Publiek geen recht op restitutie van (enig deel van) de toegangsprijs, of andere compensatie, behoudens nader door de KNVB te stellen regelen.

 

          Commentaar:

         Artikel 3.2 is waarschijnlijk in strijd met geldend consumentenrecht. Degene die een kaartje voor een voetbalwedstrijd koopt mag er op rekenen dat hij dan ook een voetbalwedstrijd te zien krijgt. Als de wedstrijd niet doorgaat heeft de aanbieder (de club of de KNVB) niet geleverd waarvoor de klant betaald heeft en dient de aanbieder de klant zijn/haar geld terug te geven.

 

Artikel 4

 

4.1     Het is verboden Toegangsbewijzen te verkopen of af te geven tegen een hoger bedrag dan daarop staat aangegeven.

 

4.2     Personen die een Toegangsbewijs hebben gekocht en dit doorverkopen of vrijwillig afstaan aan derden zijn, onverminderd de aansprakelijkheid van deze derden zelf, aansprakelijk voor schade veroorzaakt door deze derden in het Stadion.

 

          Commentaar:

          Artikel 4.2 is twijfelachtig. Indien in deze voorwaarden het doorverkopen van kaarten niet uitdrukkelijk wordt verboden, is het eenieder vrij kaarten aan derden door te verkopen onder de voorwaarde gesteld in artikel 4.1. Met het doorverkopen van een toegangsbewijs vervalt het eigendomsrecht van de verkopende partij en daarmee ook de aansprakelijkheid die het bezit van dit eigendom met zich meebrengt. Zelfs al zou degene die zijn/haar toegangsbewijs heeft doorverkocht aan derden wel aansprakelijk gehouden kunnen worden voor overtreding van de Standaardvoorwaarden door deze derden, dan is de verkopende partij nog steeds niet zomaar aansprakelijk te stellen voor schade veroorzaakt door deze derden. Ten eerste omdat in de standaardvoorwaarden verder geen artikel is opgenomen dat die aansprakelijkheid voor toegebrachte schade regelt en ten tweede omdat het aansprakelijk stellen voor schade bij de rechter dient te geschieden, die vervolgens bepaald of en in welke mate de toebrenger van de schade gedwongen wordt de schade te vergoeden.

 

Artikel 5

 

De wedstrijden worden gespeeld onder de reglementen, statuten en overige toepasselijke regelingen van de KNVB en/of die organisaties waarbij de KNVB te eniger tijd aangesloten is, dan wel waaraan de KNVB zich anderszins onderworpen heeft.

 

                      Commentaar:

Aan verwijzing naar andere reglementen, statuten en overige toepasselijke regelingen in een reglement zoals deze Standaardvoorwaarden, kan geen rechtsgeldigheid ten aanzien van de toepassing van deze regelingen ontleend worden, tenzij de bedoelde regelingen met name zijn omschreven en aan eenieder die valt onder deze Standaardvoorwaarden zijn uitgereikt, dan wel als in deze Standaardvoorwaarden uitdrukkelijk wordt gewezen op deze regelingen en deze ook vrijelijk voor eenieder ter inzage zijn.

 

Artikel 6

 

6.1     Het is het Publiek verboden het Stadion te betreden, of daarin te verblijven, terwijl het verkeert onder invloed van alcohol, dan wel enige andere het gedrag mogelijk beïnvloedende stof.

 

6.2     Het medebrengen van alcoholhoudende dranken is verboden.  De verkoop en het nuttigen van sterk alcoholhoudende dranken is slechts toegestaan in de kantine(s) van het Stadion, doch uitsluitend indien en voorzover daartoe toestemming is verkregen van de Directie van het Stadion en/of de bestuurders van de ontvangende Club en de daartoe van overheidswege vereiste vergunningen voorhanden zijn.

 

6.3     Het in het Stadion verkopen, dan wel aanbieden of met het oog daarop aanwezig hebben van

handelswaren, zoals dranken, etenswaren, souvenirartikelen, T-shirts, sjaals, vlaggetjes en dergelijke, is slechts toegestaan indien en voor zover daartoe toestemming is verkregen van de Directie van het Stadion en/of de bestuurders van de ontvangende Club en de daartoe van overheidswege vereiste vergunningen voorhanden zijn.

 

6.4     Stadiondirectie en Clubbestuur behouden zich het recht voor om de verkoop van handelswaren, daaronder begrepen alcoholhoudende dranken, in zijn geheel te verbieden of te doen staken, dan wel op bepaalde tijden, of in bepaalde delen van het Stadion.

 

Artikel 7

 

7.1     Het is verboden in het Stadion mede te nemen, dan wel daar voorhanden of in bezit te hebben: flessen, glazen, blikjes, stokken (langer dan 1 meter en met een grotere diameter dan 2 cm), spandoeken met, in de ogen van het controlerend personeel, discriminerende of provocerende teksten, kettingen, slag-, steek of stootwapens, dan wel andere voorwerpen welke als wapen aangewend klunnen worden, dan wel als middel om de orde te verstoren.

 

          Commentaar:

Het is juridisch aanvechtbaar om in een artikel, waaraan een straf verbonden is, formuleringen te gebruiken die een mogelijke overtreding afhankelijk maken van de beoordeling van het controlerend personeel.

Voor het Publiek is redelijkerwijs niet van tevoren uit te maken of een meegebracht spandoek of voorwerp (bv mobiele telefoon, aansteker) door het controlerend personeel zal worden aangemerkt als discriminerend of provocerend of als middel om de orde te verstoren.

De rechtsgeldigheid van dit artikel zou verbeteren indien dit artikel wordt uitgesplitst in een eerste deel waarin exact wordt omschreven wat onder discriminerende of provocerende teksten wordt verstaan en welke voorwerpen niet zijn toegestaan  en in een tweede deel, waarin de beoordeling van de toelaatbaarheid van teksten en voorwerpen wordt overgelaten aan het controlerend personeel. Overtreding van het eerste deel kan tot een straf leiden. Het tweede deel van het artikel niet. Dit is slechts een waarschuwing en kan dus niet overtreden worden. Indien het controlerend personeel van mening is dat een tekst of voorwerp niet toelaatbaar is kan hooguit tot (tijdelijke) inbeslagname van spandoek of voorwerp worden overgegaan.

 

7.2     Het in het Stadion mede nemen, dan wel voorhanden hebben of bezitten, als ook het ontsteken van vuurwerk, is verboden.

 

7.3   Het is verboden in het Stadion te gooien met enig voorwerp of enige vloeistof.

 

7.4   Het is verboden in het Stadion middelen aan te wenden, dan wel voorhanden te hebben, die, naar het oordeel van het controlerend personeel onnodige hinder of overlast aan derden veroorzaken of kunnen veroorzaken, dan wel geschikt zijn om gevaar te doen ontstaan voor, of schade toe te brengen aan, een anders persoon of goed, daaronder begrepen middelen tot het produceren van geluid, dat het niveau dat door een normaal supporter pleegt te kunnen worden voortgebracht, te boven gaat.

 

Commentaar:

Ook artikel 7.4 is willekeurig -want ter beoordeling van controlerend of ander stadion personeel- en dient buiten de artikelen te vallen waarop bij overtreding een straf kan volgen. Overigens zou consequente toepassing van met name het laatste deel van dit artikel ons eindelijk verlossen van die verschrikkelijke blaasorkesten. (wat is trouwens een “normaal supporter”? een fan van Normaal of een supporter die wél normaal is? en hoeveel geluid pleegt die te kunnen voortbrengen?)

 

 

7.5     Het is verboden zich in het Stadion te gedragen op een wijze die door anderen als provocerend of als bedreigend kan worden ervaren.  Voorts is het verboden enig gevaar voor het leven of de gezondheid van zichzelf of anderen te scheppen, dan wel anderen enigerlei vorm van schade toe te brengen.  Met name is het verboden lichtmasten, hekken, daken, dug-outs en andere toestellen of bouwwerken te beklimmen.

 

Commentaar:

Het wordt eentonig: maar ook hier is de eerste regel van het artikel arbitrair, dat wil zeggen vatbaar voor een eigen interpretatie van dienstdoend personeel van het stadion. Dat moet dus uit een artikel waarop bij overtreding een straf kan volgen. De eerste regel zou een waarschuwing kunnen zijn, maar dan moet daaraan ook verbonden worden wat er in zo’n geval gebeurt: wordt je door dienstdoend stadionpersoneel aangesproken op je gedrag? Of wordt je meteen uit het stadion verwijdert? Door de onduidelijkheid en willekeur juridisch aanvechtbaar.

 

7.6     Het medebrengen van honden en andere mogelijk agressieve dieren in het Stadion is aan anderen dan de personen welke belast zijn met het handhaven van de orde, waaronder de Politie en de Stewards, verboden.

 

7.7   Personen belast met de controle van de Toegangsbewijzen, dan wel het handhaven van de orde, waaronder de Politie en de Stewards, zijn steeds gerechtigd het

      Publiek te fouilleren op het bezit van ongeoorloofde voorwerpen en deze, in voorkomend geval, in beslag te nemen.

 

Artikel 8.

 

De bepalingen in de strafwetgeving zijn, voor zover deze gedragingen op de openbare weg betreffen, of kunnen betreffen, in het Stadion van toepassing, dan wel van overeenkomstige toepassing

 

Artikel 9

 

Met uitzondering van, naar het oordeel van de Stadiondirectie en/of het Clubbestuur, bevoegde persfotografen, filmers of journalisten is het maken van beeld- en/of geluidsopnamen in het Stadion, verboden.  Daarenboven is het maken van beeld- en/of geluidsopnamen ten behoeve jan radio of televisie slechts toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de KNVB.  Daarnaast en daarenboven kan, afhankelijk van het soort wedstrijd, tevens de toestemming van het Clubbestuur noodzakelijk zijn.  Inlichtingen terzake dienen uitsluitend bij de KNVB ingewonnen te worden.

 

Artikel 10

 

10.1   Een ieder die op enigerlei wijze in strijd handelt met het in deze voorwaarden bepaalde, kan door de personen, belast met de controle van de Toegangsbewijzen dan wel het handhaven van de orde, waaronder de Politie en de Stewards, zonder voorafgaande waarschuwing de toegang tot het Stadion worden geweigerd, ofwel uit (enig deel van) het Stadion worden verwijderd, dan wel worden overgedragen aan (collegae van) de Politie.  Een en ander heeft tot onmiddellijk en onherroepelijk gevolg dat het Toegangsbewijs van de betrokkene(n), dat ingenomen kan worden, zijn geldigheid verliest, zonder dat enig recht op restitutie ontstaat.

 

          Commentaar:

          Dit artikel zou dus niet moeten gelden voor die (delen van) artikelen waarvan in het commentaar reeds is gesteld dat de formulering geen straftoepassing toelaat.

 

10.2   Het Clubbestuur, de Stadiondirectie, en de KNVB zijn bovendien gerechtigd, in geval een strijdig handelen als bedoeld in 10. 1. geconstateerd wordt, dan wel indien sprake is van een strafbaar feit of van een gedraging waardoor het aanzien en/of het belang van het voetbal wordt geschaad, gepleegd respectievelijk begaan buiten het Stadion doch in relatie staande tot een voetbalwedstrijd, de betrokkene(n) voor de toekomst de toegang tot een of meer wedstrijden, dan wel tot een of meer Stadions c.q voetbalterreinen, te ontzeggen, al dan niet onder tijdslimiet, en die maatregelen te nemen welke tot handhaving van een dergelijke maatregel noodzakelijk mochten blijken, onverminderd enige plicht tot schadevergoeding op grond van het gemene recht.  Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op de personen genoemd in artikel 4.2.

 

                   Commentaar:

          Idem als bij 10.1.

          Over de toepasbaarheid op personen genoemd onder artikel 4.2 is al ingegaan in het commentaar bij 4.2.

 

10.3      Het Clubbestuur. de Stadiondirectie en de KNVB zijn gerechtigd, in geval een overtreding van een opgelegd stadionverbod geconstateerd wordt, de betrokkene(n) voor de toekomst de toegang tot een of meer wedstrijden, dan wel tot een of meer Stadions c.q voetbalterreinen, te ontzeggen, al dan niet onder tijdslimiet, en die maatregelen te nemen welke tot handhaving van een dergelijke maatregel noodzakelijk mochten blijken, onverminderd enige plicht tot schadevergoeding op grond van het gemene recht.

 

10.4      Een ieder die in strijd handelt met het in deze voorwaarden bepaalde, verbeurt, onverminderd enige plicht tot schadevergoeding op grond van het gemene recht, aan de KNVB een voor onmiddellijke opeising vatbare geldboete van f 1.000,-- per overtreding zonder dat daartoe enige ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst noodzakelijk zal zijn.  Het boetebedrag zal door de KNVB worden aangewend ter bevordering van de veiligheid in het betaalde voetbal.

 

 

                      Commentaar:

Op zijn minst zouden alle artikelen, delen van artikelen of formuleringen in deze standaardvoorwaarden die arbitrair dan wel ter beoordeling aan dienstdoend stadionpersoneel ,dan wel onduidelijk of niet exact geformuleerd, buiten de reikwijdte van dit artikel moeten vallen.

Dan nog is het zeer de vraag of in een huishoudelijk reglement of daarmee vergelijkbare standaardvoorwaarden van een private organisatie of instelling een opeisbare boete kan worden opgenomen. Mogelijk is een boeteclausule waarin bij niet betaling van de boete de toegang tot het stadion of andere terreinen van de betreffende organisatie wordt ontzegd of waarin de niet-betaler geroyeerd wordt als lid van de organisatie. Het (met behulp van een deurwaarder of andere dwang)  opeisen van de boete zou uitsluitend mogelijk moeten kunnen zijn indien daadwerkelijk juridisch toetsbare bewijsvoering vereist is voor het aantonen van de schuld van de overtreder. Degene die beboet wordt moet ten alle tijde deze boeteoplegging bij de rechter kunnen aanvechten, waarbij de oplegger van de boete zich dient te conformeren aan de beschikking van de rechter.

 

10.5      Een ieder die een opgelegd stadionverbod overtreedt, verbeurt, onverminderd enige plicht tot schadevergoeding op -rond van het gemene recht, aan de KNVB een voor onmiddellijke opeising vatbare geldboete van.f 2.000,-- voor de eerste overtreding, fl 3.500,-- voor de tweede overtreding en

          fl 5.000,- voor de derde en elke volgende overtreding, zonder dat daartoe enige ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst noodzakelijk zal zijn.  Het boetebedrag zal door de KNVB worden aangewend ter bevordering van de veiligheid in het betaalde voetbal.

 

          Commentaar:

          Zwakke formulering. In de Standaardvoorwaarden is niet omschreven hoe een opgelegd stadionverbod wordt overtreden of wanneer sprake is van overtreding van een opgelegd stadionverbod.

 

Artikel 11

11.1      In geval de KNVB de betrokkenen conform het bepaalde in artikel 10.2 of artikel 10.3, voor de toekomst de toegang tot één of meer voetbalwedstrijden dan wel tot één of meer stadions c.q. voetbalterreinen heeft ontzegd, kan de betrokkene beroep aantekenen bij de Commissie van Toezicht van de KNVB.  Het beroep heeft geen opschortende werking.  Het beroep dient aangetekend te worden verzonden aan de Commissie van Toezicht en binnen 14 dagen na dagtekening van het besluit door de Commissie van Toezicht te zijn ontvangen, bij gebreke waarvan het beroep niet-ontvankelijk is.  De Commissie van Toezicht zal op een ontvankelijk beroepschrift, binnen 30 dagen na ontvangst beslissen en het besluit schriftelijk aan betrokkene doen toekomen.

 

11.2      De Commissie van Toezicht is gerechtigd de boete als genoemd in artikel 10.4 te matigen. Op een verzoek hiertoe is het bepaalde in artikel 11.1 van overeenkomstige toepassing.

 

Artikel 12

Het Publiek houdt zich in het Stadion geheel op eigen risico op.  De KNVB, zijn Bestuur, en de internationale organisaties waarbij de KNVB te eniger tijd aangesloten mocht zijn en hun Besturen, de Organisatoren van wedstrijden in het betaald voetbal, de Clubs en Besturen der Clubs, de eigenaren der Stadions en hun Directies, alsmede al diegenen die door of vanwege de voornoemde instellingen of personen belast mochten zijn met enige taak in het kader van een wedstrijd in het betaald voetbal, terzake waarvan zich een of meer schadetoebrengende feiten mochten voordoen, kunnen door het Publiek op geen enkele wijze aansprakelijk worden gehouden voor enige schade, zelfs niet indien deze het gevolg mocht zijn van enige mate van onachtzaamheid, onjuist of gebrekkig handelen van een of meer van de genoemde instellingen of personen.

 

 

                      Commentaar:

Dit is natuurlijk onzin van de bovenste plank. Het is (gelukkig) onmogelijk om zowat alles en iedereen die iets te maken heeft met voetbal te vrijwaren van aansprakelijkheid, door het opnemen van een artikel zoals artikel 12 in je eigen Standaardvoorwaarden. Eenieder,( dus ook de KNVB en alle organisaties, instellingen en personen die met enige taak in het kader van betaald voetbal belast zijn), kan aansprakelijk gesteld worden voor al dat handelen of nalaten, dat leidt tot enigerlei schade aan personen of goederen.

Het is de rechter die uitmaakt of de claim terecht is, of een sanctie wordt opgelegd aan de veroorzaker van de schade, of er schadeloosstelling moet zijn en hoe hoog deze schadeloosstelling is.

De mogelijkheid tot het verkrijgen van schadeloosstelling of schadevergoeding bijvoorbeeld als gevolg van ongeregeldheden in het stadion, zal in de praktijk wel beperkt zijn omdat de bezoeker van wedstrijden in een stadion vrijwillig het stadion betreden heeft en geacht wordt te kunnen weten dat zich rond voetbalwedstrijden ongeregeldheden kunnen voordoen. Er moet aantoonbaar spake zijn van schuld van de organisatoren van de wedstrijd of de beheerder/gebruiker van het stadion. De bewijslast voor de schuld ligt bij degene die schade oploopt.

 

 

Artikel 13

 

Inlichtingen omtrent en afschriften van deze voorwaarden worden, binnen redelijke grenzen, op aanvraag verstrekt door de KNVB te Zeist.