De
voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag |
|
|
|
|
|
|
Onderwerp Voetbalvandalisme |
|
|
|
|
In verband met het algemeen overleg dat op dinsdag 5 oktober as.
plaatsvindt over de bestrijding van voetbalvandalisme, wil ik u graag inlichten
over de uitkomsten van de evaluatie van het beleidskader
bestrijding voetbalvandalisme 2003 die op maandag 27 september jl. in de
stuurgroep bestrijding voetbalvandalisme aan de orde zijn geweest. In mijn
brief van 6 september jl. (Kamerstuk 2003 – 2004, 25 232, nr.39) heb ik u
medegedeeld dat deze evaluatie gaande was. Bij deze brief was tevens het
eindrapport over het seizoen 2003 – 2004 van het auditteam voetbalvandalisme
bijgevoegd. Dit eindrapport heeft belangrijke input gegeven voor de evaluatie
van het beleidskader.
De stuurgroep heeft besloten zich met name te richten op een drietal
zaken die onder andere uit het rapport van het auditteam als aangrijpingspunten
naar voren komen. Deze moeten leiden tot een verhoging van de effectiviteit van
het beleid. Het betreft:
1. de
categorisering van wedstrijden
2. het
afsteken van vuurwerk
3. de aanpak
van spreekkoren.
De stuurgroep heeft met betrekking tot deze drie zaken een wijziging
van het beleidskader doorgevoerd. In deze brief ga ik in op deze zaken. De
overige conclusies en aanbevelingen worden in het najaar besproken door de
stuurgroep.
Ad 1. categorisering van wedstrijden
De indeling in A-(laag risico), B- (midden risico) en C- (hoog
risico)categorie wedstrijden zoals die in het beleidskader is opgenomen, wordt
slechts beperkt opgevolgd door de maatregelen die bij die respectieve
categorieën horen. Dit betreft dan met name wedstrijden in de C-categorie. Het
auditteam concludeert in haar eindrapport dat ‘bij een groot aantal van de als
C geclassificeerde wedstrijden niet de bijbehorende maatregelen worden
getroffen’. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan een verplichte
combiregeling en een alcoholverbod. Hiermee verdwijnt het onderscheid tussen de
maatwerkbenadering van categorie B en de zwaarste risicocategorie C.
De stuurgroep heeft besloten dat bij de aanschrijving die de KNVB elk
jaar in december verstuurt aan de burgemeesters, niet meer wordt gevraagd om de
wedstrijd in een categorie in te delen maar slechts aan te geven of een
wedstrijd vrijdag/zaterdagavond (of andere avonden) dan wel op zondagmiddag
(daglicht) gespeeld dient te worden. Daarnaast kan een wedstrijd die vroeg of
laat in het seizoen ’s avonds wordt gepland, ook bij daglicht (zomertijd)
plaatsvinden. Op basis van de opgave van de gemeenten stelt de KNVB het
competitieschema vast. Bij het vooroverleg dat plaatsvindt ter voorbereiding op
de wedstrijd (10 weken voor de wedstrijd), wordt de categorisering vastgesteld
waarbij:
-
bij een categorie a wedstrijd altijd alles vrij is
-
bij een categorie c-wedstrijd altijd alle maatregelen die daarbij horen, worden toegepast (verplichte
combi, geen alcohol e.d.)
-
bij een categorie b-wedstrijd maatwerk kan worden
toegepast (al dan niet combi, hoge/lage politie-inzet, alcoholverbod)
Bovenstaand voorstel heeft als bijkomend voordeel dat door het late
vaststellen van de categorie de recente ontwikkelingen (stand op ranglijst,
verloop van het seizoen) mee kunnen worden genomen. Dit leidt tot een meer
reële indeling in een risicocategorie.
Ad 2. vuurwerk
Het afsteken van vuurwerk in het stadion zal worden toegestaan mits
het professioneel vuurwerk betreft dat wordt afgestoken door een professionele
instantie en hiervoor de benodigde vergunningen zijn verkregen. Tot op heden is
het afsteken van vuurwerk in stadions verboden. Dit was opgenomen in het
beleidskader in navolging van het handboek veiligheid van de KNVB. Ten tijde
van het vaststellen van het beleidskader was het conform het toen geldende
vuurwerkbesluit onmogelijk om met een vergunning vuurwerk af te steken in het
stadion. Inmiddels zijn de regels hieromtrent gewijzigd waardoor de provincie,
in het geval van vuurwerk de vergunningverlenende instantie, geen grond heeft
een vergunningverzoek dat voldoet aan alle eisen, af te wijzen. De KNVB zal
haar verbod op het afsteken van vuurwerk, mits het professioneel vuurwerk
betreft en door een professionele instantie wordt afgestoken, uit haar handboek
verwijderen. Het afsteken van vuurwerk door supporters blijft verboden. De
verwachting is dat het toestaan van professioneel vuurwerk ertoe zal leiden dat
er minder vuurwerk door supporters zal worden afgestoken. Overigens heeft de
burgemeester wel het recht om op basis van zijn openbare orde bevoegdheden,
vuurwerk te verbieden.
Ad 3. aanpak van spreekkoren
Het is noodzakelijk dat ongewenste spreekkoren strakker worden
aangepakt. Elke onduidelijkheid omtrent verantwoordelijkheden met betrekking
tot dit onderwerp moeten worden weggenomen. De stuurgroep heeft de aanpak van
spreekkoren en de bijbehorende stappen volledig uitgeschreven. Overigens heeft
de Samenwerkende Organisaties Voetbalsupporters (SOVS) in de stuurgroep
aangegeven zich niet te kunnen vinden in onderstaande aanpak. De SOVS acht de
beschreven procedure overtrokken en contraproductief.
Bij de aanpak van spreekkoren wordt uitgegaan van een driestappenplan
conform de aanpak die in het beleidskader bestrijding voetbalvandalisme 2003 is
opgenomen. Door de drie stappen in tijd anders in te richten, worden de
spreekkoren sneller aangepakt. De nieuwe aanpak uit het beleidskader en de
nieuwe richtlijnen van de KNVB die op donderdag 16 september jl. zijn
uitgevaardigd, sluiten op elkaar aan. Naast dit stappenplan, gericht op het
concrete handelen bij spreekkoren, dienen door clubs en supportersorganisaties
actief maatregelen en initiatieven ontplooid te worden gericht op het voorkomen
van kwetsende en discriminerende/racistische spreekkoren.
Bij de aanpak van spreekkoren wordt een onderscheid gemaakt in
kwetsende spreekkoren en discriminerende/racistische spreekkoren. Dit
onderscheid uit zich in de verantwoordelijkheid van de scheidsrechter enerzijds
en de driehoek (defacto de burgemeester, deze heeft de beslissingsbevoegdheid)
anderzijds. Voor het stappenplan als zodanig heeft dit geen gevolgen. Die is
bij beide soorten spreekkoren gelijk. Om echter het onderscheid zo duidelijk
mogelijk te maken, worden beide soorten spreekkoren hieronder apart behandeld.
Kwetsende spreekkoren
Stap 1
-
De eerste waarschuwing met betrekking tot spreekkoren
wordt voorafgaand aan iedere wedstrijd gegeven. Dit kan bijvoorbeeld door
middel van het omroepen van een bericht, teksten op het ticket of anderszins.
Dit wordt lokaal bepaald.
-
In het draaiboek dat voor elke wedstrijd wordt opgesteld,
wordt expliciet opgenomen hoe de communicatielijnen tussen betrokken
ketenpartners bij spreekkoren lopen en of het staken van de wedstrijd in geval
van kwetsende en/of discriminerende/racistische spreekkoren mogelijk en
uitvoerbaar is. Dit beleid wordt met de scheidsrechter besproken.
Stap 2
-
Is er sprake van kwetsende spreekkoren dan beslist de scheidsrechter – al dan niet
op aandringen van de grensrechter/vierde official, club, driehoek – of de
wedstrijd wordt stilgelegd.
-
Beslist de scheidsrechter dat de wedstrijd wordt
stilgelegd dan gaan spelers, scheidsrechter en trainers het veld af de
kleedkamer in.
-
Tijdens de onderbreking trachten de clubs de spreekkoren
te stoppen. Dit kan bijvoorbeeld door middel van het omroepen van een bericht,
inzet van stewards of het toespreken van de supporters door een trainer of
speler. De exacte wijze waarop dit gebeurt, is afhankelijk van de lokale
omstandigheden en wordt vastgelegd in het lokale beleid.
-
Tijdens de onderbreking overlegt de scheidsrechter met de
driehoek in hoeverre het vooraf vastgelegde beleid (staken/niet staken) nog
steeds gevolgd kan worden.
-
Indien de spreekkoren stoppen, kan de wedstrijd worden
hervat.
Stap 3
-
Mochten de spreekkoren niet stoppen of worden de
spreekkoren nadat de wedstrijd weer is hervat, opnieuw aangeheven dan is aan de scheidsrechter om te beslissen of de
wedstrijd wordt gestaakt. Hij heeft hiervoor expliciet toestemming nodig van de
burgemeester. Deze is tijdens de onderbreking bij stap 2 afgegeven.
-
Indien de wedstrijd bij aanhoudende spreekkoren niet wordt
gestaakt door de scheidsrechter terwijl hiervoor wel expliciet toestemming was
gegeven door de burgemeester dan is het aan de scheidsrechter om achteraf
duidelijk te maken waarom hij heeft besloten de wedstrijd niet te staken.
-
Indien de wedstrijd bij aanhoudende spreekkoren niet wordt
gestaakt door de scheidsrechter omdat hiervoor expliciet geen toestemming is
gegeven door de burgemeester dan is het aan de burgemeester om achteraf
duidelijk te maken waarom hij geen toestemming heeft gegeven de wedstrijd te
staken.
Racistische/discriminerende
spreekkoren
Stap 1
-
Gelijk aan stap 1 bij kwetsende spreekkoren
Stap 2
-
Is er sprake van racistische/discriminerende spreekkoren
dan is het in eerste instantie aan de
scheidsrechter om te beslissen – al dan niet op aandringen van de
grensrechter/vierde official, club, driehoek – of de wedstrijd wordt
stilgelegd.
-
Mocht de
scheidsrechter de wedstrijd niet stil leggen terwijl daar naar het oordeel van
de driehoek wel reden toe is, dan kan de burgemeester via de vierde official de
wedstrijd stilleggen. Hij kan
hierin dus de scheidsrechter “overrulen”, omdat racistische en/of
discriminerende spreekkoren betrekking hebben op de openbare orde. Wordt de
wedstrijd stilgelegd dan wordt de procedure gehanteerd die ook bij kwetsende
spreekkoren wordt gevolgd.
-
Tijdens de onderbreking trachten de clubs de spreekkoren
te stoppen. Dit kan bijvoorbeeld door middel van bijvoorbeeld het omroepen,
inzet van stewards of het toespreken van de supporters door een trainer. De
exacte wijze waarop dit gebeurt, is afhankelijk van de lokale omstandigheden en
wordt vastgelegd is het lokale beleid.
-
Tijdens de onderbreking overlegt de scheidsrechter met de
driehoek in hoeverre het vooraf vastgelegde beleid (staken/niet staken) nog
steeds gevolgd kan worden.
-
Indien de spreekkoren stoppen, kan de wedstrijd worden
hervat.
Stap 3
-
Mochten de spreekkoren niet stoppen of worden de
spreekkoren nadat de wedstrijd weer is hervat, opnieuw aangeheven dan kan de scheidsrechter beslissen of de
wedstrijd wordt gestaakt. Hij heeft hiervoor expliciet toestemming nodig van de
burgemeester. Deze is tijdens de onderbreking bij stap 2 afgegeven.
-
Mocht de
scheidsrechter de wedstrijd niet staken terwijl daar naar het oordeel van de
driehoek wel reden toe is, dan kan de burgemeester via de vierde official de
wedstrijd staken. Hij kan
hierin dus de scheidsrechter “overrulen”, omdat racistische en/of
discriminerende spreekkoren betrekking hebben op de openbare orde.
-
Wordt een scheidsrechter door de burgemeester “overruled”
en wordt de wedstrijd gestaakt, dan dient de scheidsrechter uit te leggen
waarom hij zelf niet heeft besloten de wedstrijd te staken.
-
Indien de wedstrijd bij aanhoudende spreekkoren niet wordt
gestaakt, noch door de scheidsrechter noch door de burgemeester, dan is het aan
de burgemeester om achteraf duidelijk te maken waarom hij de wedstrijd niet
heeft gestaakt.
Sancties
Spreekkoren, zowel kwetsende als racistisch/discriminerende, dienen te
worden gevolgd door sancties. De sancties maken overigens geen deel uit van het
stappenplan. Sancties kunnen zowel van de zijde van de KNVB als van de zijde
van de gemeente komen.
De
KNVB kan tuchtrechtelijke maatregelen bij spreekkoren nemen. In geval van spreekkoren kan de
aanklager een onderzoek instellen. Indien een club zich niet kan disculperen
volgt er een tuchtrechtelijke sanctie, variërend van een geldboete tot het
spelen van wedstrijd(en) zonder publiek. Het in mindering brengen van
winstpunten is in tuchtrechtelijke zin eveneens mogelijk. Een wedstrijd
hoeft niet perse te worden stilgelegd of te worden gestaakt voor
tuchtrechtelijke sancties. Een verklaring van de auditor en/of van het
arbitraal kwartet kan voldoende zijn voor het instellen van een onderzoek.
Indien er eveneens sprake is geweest van stilleggen en/of staken (en een club kan
zich niet disculperen) dan weegt dit uiteraard mee in de hoogte van de
sanctie.
Naast de hierboven genoemde
tuchtrechtelijke sancties schrijft artikel 10 van het Reglement Wedstrijden
Betaald Voetbal voor dat, in het geval een wedstrijd wordt gestaakt, de
aanklager eerst een onderzoek instelt en vervolgens aan het bestuur betaald
voetbal zijn bevindingen rapporteert. Het bestuur betaald voetbal laat dan
onder door hem te bepalen voorwaarden (bijv. het spelen
zonder publiek) het niet gespeelde gedeelte later uitspelen, tenzij
wordt beslist dat de op het moment van staken bereikte uitslag als einduitslag
wordt aangemerkt, of er voor het bestuur gegronde redenen zijn om te beslissen
dat de gestaakte wedstrijd in zijn geheel wordt overgespeeld.
Ook de gemeente beschikt over verschillende instrumenten om een club
sancties op te leggen. Een burgemeester kan besluiten een aantal wedstrijden
van de betreffende club zonder publiek te laten spelen. Tevens kan de
burgemeester, in het geval de bezoekende supporters zich schuldig hebben
gemaakt aan spreekkoren, deze bij de volgende wedstrijd (meestal het seizoen
erna) de toegang ontzeggen. Daarnaast kan de burgemeester van een club eisen
dat deze alles in het werk stelt om herhaling van spreekkoren te verkomen. Tot slot
kan het OM waar mogelijk vervolging instellen tegen personen die zich schuldig
maken aan spreekkoren.
Zoals ik ook in mijn brief van 7 juli jl. (Kamerstuk 2003 – 2004, 25
232, nr.38) al heb gesteld, valt bij de bestrijding van het voetbalvandalisme
de grootste winst te boeken in de (juiste) uitvoering van het beleid. Dat geldt
ook voor bovenstaande zaken en dan met name de aanpak van spreekkoren. Ik ben
voornemens om met de betrokken partijen over het punt van de uitvoering, maar
ook over de aanbevelingen van de stuurgroep in het algemeen, te gaan spreken.
DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
J.W. Remkes